roha
Schaakengines
In het artikel over de denkstijlen (training 6 december, nu in het besloten deel te lezen) schreef ik bij de voorbeeldpartij dat ik drie verschillende engines (Stockfish 8, Houdini 1.5 en Komodo 8) naar de partij heb laten kijken. ChessBase (in ieder geval mijn versie Fritz 16) geeft de mogelijkheid analyses van meerdere engines te laten vergelijken. Dan is het goed te weten wat de verschillen tussen die engines zijn.
Bij de training heb ik toegezegd hierover een artikel op de website te plaatsen.
De drie sterkste programma’s van dit moment zijn:
Stockfish
- Open source en gratis.
- Ontwikkelt zich het snelst en is betrouwbaar.
- Gebruikersvriendelijk.
- Goed in het eindspel.
- Rekent tactisch diep.
- Agressieve stijl.
- De sterkste versie is te downloaden en daarom het voorkeurprogramma om partijen te bekijken.
Komodo
- Commercieel programma, een oude versie (9) is gratis.
- Goed in het middenspel.
- Goed in het beoordelen van stellingen.
- Goed in de relatieve waarde van de stukken.
- Goed te gebruiken in stellingen met ongelijke materiaalverhouding.
- Goed in de opening, na de theorie.
- Positioneel sterk.
- Gebaseerd op evaluatie in plaats van op rekenen in de diepte.
Houdini
- Commercieel programma, een oude versie (1.5) is gratis.
- Tactische geweldenaar.
- Goed in blitz, ziet tactisch goed.
- Goede verdediger.
- Positioneel goed.
- Nieuwste versie beste te gebruiken als standaardengine in een schaakprogramma.
Via de onderstaande link kunt u de volledige lijst met ratings, variërend van 1366 tot 3466, per 16 december 2018 van 399 (!) bekijken. Daarbij is tevens aangegeven welke programma’s freeware of open source zijn en aan welke prijskaartjes hangen.
https:\/\/www.computerchess.org.uk/ccrl/4040/
De top 6 volgens Computerchess.org, per 16 december 2018:
Nr. | Programma | Elo-rating | Webpagina | Gratis versie |
1 | Stockfish 10 | 3466 | https://stockfishchess.org/ | freeware |
2 | Komodo 11.3.1 | 3399 | https:\/\/komodochess.com/ | gratis: versie 9 |
3 | Houdini 6 | 3395 | https:\/\/www.cruxis.com/chess/houdini.htm | gratis: versie 1.5 |
4 | Fire 7.1 (vh Firebird) | 3319 | https://chesslogik.wixsite.com/fire | freeware |
5 | Ethereal 11.00 | 3302 | https://github.com/AndyGrant/Ethereal/releases | freeware |
6 | Deep Shredder 13 | 3280 | https://www.shredderchess.com/download.htm | alleen demo |
Stockfish, Fire (voorheen Firebird) en Ethereal zijn open source porogramma’s en gratis te downloaden, van de andere engines zijn oudere of demoversies verkrijgbaar.
Nog een nuttige link: zie voor de beste gratis engines onderstaande link:
https://hobbylark.com/board-games/Best-Free-Chess-Engines
Synchroniciteit
Synchroniciteit is een term die door de Zwitserse psycholoog Jung is ingevoerd. Bij synchroniciteit gaat het om twee gebeurtenissen die min of meer gelijktijdig gebeuren en met elkaar verband lijken te hebben zonder dat er sprake is van een oorzakelijk verband. Het wordt ervaren als ‘meer dan gewoon toeval’. Een bekend voorbeeld: je hebt een paar keer aan iemand gedacht, de telefoon gaat en het is die persoon.
Vanwaar deze inleiding?
Op 22 november speelden Wim Luberti en ik onze bekerpartij. Vooraf haalden we wat herinneringen op. In 1976 ben ik lid geworden van schaakclub Purmerend en we vroegen ons af of we in dat seizoen tegen elkaar hebben gespeeld. Wim (in de ranglijst Luberti jr.) was toen het talent van de club. Hij vertelde dat hij met ingang van het seizoen 1977 – 1978 naar Het Witte Paard in Zaandam was gegaan. De club aan wie we (soms tijdelijk) meer goede spelers verloren, zoals Michiel Bosman en Ronald Overveld. Zij gingen naar HWP omdat die club hoog in de KNSB speelden en zij daar hun talent beter konden ontwikkelen door tegen sterkere spelers te spelen.
Ook vertelde hij dat hij toen aan het Open Nederlands Kampioenschap had deelgenomen en daar heel goed had gespeeld.
Niet alleen goed, maar méér dan goed gespeeld! De synchroniciteit is dat ik de dag erna ‘bij toeval’ een berichtje las op mijn telefoon van de Schaaksite (https://www.schaaksite.nl/2018/11/23/vijftig-schaakzomers/) met daarin de tekst: In 1977 werd de 23-jarige Wim Luberti tweede, “een tot dan toe onbekende grootheid uit Purmerend, die niet eens in de KNSB-competitie speelde”. Hij liet onder anderen Hartoch en Van der Sterren achter zich.
Sint Nicolaas was zo aardig mij het boekje cadeau te doen. Op pagina 25 een mooie, herkenbare, foto van Wim. Als we hem nu zien heeft de tand des tijds nauwelijks aan hem geknaagd in de afgelopen 40 jaar.
Het boek is een feest der herkenning. Een aardig aantal van de in het boek genoemde personen ken(de) ik of heb er tegen gespeeld (9 van de 16 genoemden in de eindstand).
Misschien is het boek nog te bestellen. In het artikel op Schaaksite staat: Het boek is gratis uitgereikt aan alle deelnemers van het Open NK van dit jaar, maar is ook nog te bestellen bij Jos Cremers, lid van het organisatiecomité: j.j.m.cremers@chello.nl . Het kost € 10,- inclusief verzendkosten. Een schijntje dus.
En ja, we hebben in het seizoen 1976 – 1977 tegen elkaar gespeeld. De partij, waarin Wim aan het langste eind trok, ging als volgt:
Stand van zaken Bekercompetitie
Uit de eerste ronde moeten nog twee partijen worden overgespeeld omdat zij in remise zijn geëindigd. Gert Kalkhoven en Kees Pruis spelen op 15 november, Romayn Brandsma en Alex Romijn hebben afgesproken hun partij op een andere dag dan donderdag te spelen. Leidt een partij opnieuw niet tot een beslissing dan wordt volgens het ‘sudden death’ principe doorgespeeld tot een winnaar bekend is. Er wordt geloot wie met wit mag beginnen. De witspeler krijgt daarbij 4½ minuut bedenktijd voor de partij, de zwartspeler 5 minuten.
Update 7 november: Romayn wint en gaat door naar de tweede ronde.
Gisteren, 1 november, zijn de eerste drie partijen uit de tussenronde gespeeld. De tussenronde is noodzakelijk om tot een aantal van 16 spelers te komen. Enigszins verrassend speelde Gerard Lonnee remise met Foppe Reinders in een toreneindspel en heeft zich daarmee geplaatst voor de tweede ronde. In de eerste ronde schakelde Gerard Bert-Jan Melchers uit. Jacob van Twisk won van Frank Reurs, Barry Brink versloeg Paul Meijer.
Naast dit drietal zijn, omdat zij zijn uitgeloot voor de tussenronde, voor de tweede ronde geplaatst:
- Romayn Brandsma
- Sven Damen
- Marc Holla
- Perry Koopmans
- Evert Schlebaum
- Rob van Someren
Situatie, stijl en strategie
Situatie
Dit seizoen wil ik het hebben over strategie. Niet op de gebruikelijke manier zoals welk plan te volgen, gebaseerd op de kenmerken van een stelling. Dat heb ik in het verleden al meerdere keren gedaan.
Dit keer zal het gaan over hoe modellen uit de organisatietheorie, toegepast op het schaken, ons behulpzaam kunnen zijn bij het kiezen van de beste strategie.
Als je schakers vraagt de term ‘schaakstrategie’ te definiëren zal het woord ‘plan’ vaak voorkomen. Het is dan noodzakelijk vragen als ‘wat is de inhoud van het plan?’, ‘voor welke termijn geldt het?’ en ‘wat zijn alternatieve plannen, op welke criteria is het gebaseerd?’ te beantwoorden.
Doorgaans wordt alleen gekeken naar de stelling op het bord en worden de materiaalverhouding, de positionele kenmerken en wie het initiatief heeft bekeken.
Een minstens even belangrijk criterium bij het maken van strategische beslissingen is de menselijke factor, de eigen speelstijl en die van de tegenstander. En de omstandigheden waarin de partij wordt gespeeld (welke situatie: wie is de tegenstander, wat is het speeltempo en dergelijke) bepalen de te kiezen strategie. Op situatie en de menselijke factor zal ik dit seizoen dieper ingaan.
De elementen die van belang zijn voor het bepalen van de strategie zijn in de loop der jaren veranderd. Het begint bij Steinitz, zijn theorie wordt bekritiseerd, bediscussieerd en geherformuleerd. De klassieke spelers zoals Steinitz en Tarrasch hadden andere opvattingen over het centrum dan de hypermodernen zoals Nimzovitsch en Réti. Ook Lasker had zijn opvattingen. In een eerdere training (2011) vatte ik ze samen:
De elementen van Steinitz
- Permanente voordelen
- Materieel voordeel.
- De tegenstander heeft een verzwakte koningsstelling.
- Vrijpion(nen).
- De tegenstander heeft een of meerdere zwakke pionnen.
- De tegenstander heeft een of meerdere zwakke velden (of kleurcomplex).
- Groepjesregel: de tegenstander heeft meer pionnengroepjes.
- Sterk pionnencentrum.
- Loperpaar, vooral in een open stelling.
- Controle over een lijn.
- Controle over een diagonaal.
- Controle over een rij.
- Tijdelijke voordelen
- Een of meerdere slecht opgestelde stukken van de tegenstander.
- Gebrek aan samenwerking tussen de stukken van de tegenstander.
- Voorsprong in ontwikkeling.
- Gecentraliseerde stukken die druk op het centrum uitoefenen.
- Ruimte voordeel.
De regels van Lasker
- Alleen de aanvaller wint.
- Alleen de speler met de betere stelling kan aanvallen.
- De speler met voordeel kan niet alleen aanvallen, maar moet dat doen om niet het risico te lopen het voordeel te verliezen.
- De verdediger moet er op voorbereid zijn te verdedigen en concessies te doen.
- In het schaken kan op twee manieren worden aangevallen: combinatoir of strategisch.
- De aanval moet gericht zijn tegen het zwakste punt van de tegenstander.
De elementen van de schaakstrategie volgens Nimzowitsch
- Het centrum.
- Spel over open lijnen.
- Spel over de 7e en 8e
- Vrijpion
- Penning
- Aftrekschaak
- Afruil
- Pionnenstructuur
Opvallend is dat het element ‘tijd’ geheel ontbreekt. Dat wordt pas later als een belangrijk, misschien wel het belangrijkste, onderdeel van de schaakstrategie erkend. Tegenwoordig is men het er wel over eens dat de belangrijkste elementen zijn:
- Materiaal
- Initiatief
- Positionele factoren
Met daarbinnen natuurlijk nog een aantal sub elementen. Maar zij houden geen rekening met wie de partij speelt. Of met de omstandigheid waarin de partij gespeeld moet worden. Daarom is het belangrijk twee elementen toe te voegen.
- De menselijke factor
- De omgevingsfactor
In schema:
Situatie
Speeltempo Team of individueel Stand op de ranglijst Achtergrond tegenstander Tijdsdruk |
||||
Materiaal
Materiaal in absolute zin Afruil Stelling na dameruil |
Menselijke factor
Eigen stijl Stijl van de tegenstander |
Positionele factoren
Ruimte Pionnenstructuur Controle over cruciale velden en lijnen Controle over het centrum |
||
Initiatief
Materiaal in relatieve zin Snelheid om in te zetten Coördinatie van de stukken Positie van de koning |
Deze eerste keer ga ik in op de situatie, de andere keren op de menselijke factoren, in het bijzonder de speelstijl. Als voorbeeld twee partijen uit de Kandidatenmatch tussen Ivanchuk en Yusupov uit 1991. De eerste partij is de rapidpartij die gespeeld werd nadat Yusupov in de laatste partij van de reguliere tweekamp de stand had gelijkgetrokken. Hij gaat er hard tegenaan, onder het motto: ‘initiatief boven alles’.
Het tweede voorbeeld is de 8e partij uit de tweekamp waarmee hij de stand op 4-4 brengt.
Tussenronde beker
Tussenronde | 1-11-2018 | ||||||
rating | rating | Uitslagen | |||||
aug. ’18 | aug. ’18 | Vet moet winnen, geel bekert verder. | |||||
1 | Gerard Lonnee | 1240 | – | Foppe Reinders | 1556 | ½-½ | |
2 | Hans van Roekel | 1275 | – | Cor Groot | 1596 | 0-1 | |
3 | Peter Smeenk | 1465 | – | Ton van Nieuwkerk | 1999 | Planning: 22 november | |
4 | Frank Reurs | 1490 | – | Jacob van Twisk | 1748 | 0-1 | |
5 | Frank van der Velpen | 2088 | – | Gerard Jongen | 1346 | ||
6 | Pieter Hopman | 2311 | – | Koen van Lankveld | 1748 | Planning: niet op een donderdag | |
7 | Daniël Doorn | 1751 | – | Paul Volkers | 1434 | Planning: 15 november | |
8 | Barry Brink | 2310 | – | Paul Meijer | 1693 | 1-0 | |
9 | Rob Hählen | 1782 | – | Wim Luberti | 2214 | Planning: 22 november | |
10 | Lucas van Mil | 2146 | – | Kees Pruis/Gert Kalkhoven |